Je hebt wel eens van die flessen die zich verschuilen. Die willen niet gedronken worden en verstoppen zich achter in het rek. Hullen zich in een stofjasje om maar niet ontdekt te worden. Gebotteld in een zeer donkere fles zodat de eigenaar van een afstandje denkt dat het een rode wijn is.
Maar deze is er gloeiend bij. Na een jaar of zes aan de kurkentrekker ontsnapt te zijn heb ik hem te pakken en voor straf gaat hij er in één avond doorheen. Waardig begeleid door een dikke pompoensoep met veel kerrie.
Nu in het kristal: Planeta chardonnay 2001 uit Sicilië. Bronsgoud van kleur. De eerste snuf geeft vanille, vers gebakken cake, pisang goreng, tutti futti. De tweede snuif mandarijnenlikeur, amandelspijs en honing. Een wals en denk ik zelfs kerrie te ruiken of is dat de soep?
Een slok en ik heb de soep al in mijn mond. Zo dik en zalvend. Volledig rijp. Gedroogd fruit, notenmix, zeste en kruidenbonbons dansen op de tong. Een bittertje geeft een schopje na. De wijn die toch echt in de koelkast is geweest verwarmt het lijf en ledematen.
Is het jammer dat dit de enige fles was? Nee, elke wijn is gemaakt om gedronken te worden en vanavond is precies de juiste avond.
Udo