Gouden druppeltjes

  • Udo

    Om een beetje bij te komen van het Californische geweld zit er nu in het glas:

    Reinhold Haart Piesport Goldtröpfchen auslese 2003. Op http://www.haart.de/lagen/lage.php?id=1 staat meer over deze lage.

    De wijn is al redelijk donker en ruikt niet heel aangenaam. Maar dat vind ik zelden bij een riesling dus ik laat me daar niet door afschrikken. Het doet wat denken aan penicilline en daarnaast de bekende bloemigheid en mineralen. Maar ook een klein luciferkopje?

    Bij een eerste slok komt alles goed, de zoet-zuur balans is prima (iets meer zoet dan zuur) en de wijn is heel verfijnd. Citrus en groene appels, honing, mandarijnenschil en een scala aan andere vruchten.

    Nu ben ik slecht bekend met de Duitse topboeren, is dit er een van? In ieder geval lid van de VDP, dat lijkt me een goed teken.

    Udo

  • Felix Warners

    Beste Udo,

    Raar dat de wijn zo al zo ver ontwikkeld was want zelf heb ik een totaal andere ervaring met deze wijn.

    Reinhold Haart is een van de beste wijnboeren in Duitsland. Een van de weinige wijnboeren die niet omstreden is. Hij wordt door iedere wijnschrijver die er een beetje toe doet bij de allerbeste genoemd. Je hoeft dus niet op mijn subjectief oordeel af te gaan, ik verkoop deze producent.

    De 2003 Reinhold Haart spätlese van dezelfde Lage is naar mijn mening ook uitstekend en zeker een aanrader. Het luciferkopje zal nog de reductieve aroma's zijn en als het goed is wordt dit minder. Deze geur heb je vaak bij wijnen gemaakt met natuurlijke vergisting.

    groeten,

    Felix

  • Udo

    Ik zeg niet dat de wijn al ver ontwikkeld is. De kleur is donker maar dat komt wellicht door het warme jaar?

    Wat is de relatie tussen natuurlijke vergisting en reductieve aroma's?

    Udo

  • Felix Warners

    Beste Udo,

    Ik pretendeer niet te weten hoe het er daadwerkelijk in de kelder aan toe gaat of hoe de processen precies lopen. Het enige wat ik kan zeggen is dat ik, mede door zelf veel te proeven, de link heb gelegd. Toen ik voor het eerst een Auslese van J.J. Prum, zijn wijnen stinken het meeste van allemaal, dronk zat David Schildknecht tegenover mij. Hij zei dat de nare geur reductieve aroma's waren en ook te maken had met zwavel.

    Uiteraard heb ik hierna aan bijna alle boeren, waar ik geweest ben, gevraagd hoe zit. Eerlijk gezegd is het voor mij nog steeds onduidelijk. Op een Duits Wijnforum waar ik ook lees was deze thread wel verhelderend:

    http://forum.weinfreaks.de/showthread.php?tid=152

    Als ik het goed begrijp heeft het te maken met het feit dat de gisten onder in het vat, waar de wijn op drukt, de zuurstof uit de wijn halen. Mede hierdoor ontstaat er een reductieve geur. De gisting duurt volgens mij ook langer indien er natuurlijke gisten worden gebruikt.

    Dit zou ook mede verklaren waarom ‘spontangärung’ vooral geschikt is voor wijnen die op fuders gaan en niet op edelstaal. Graag ontvang ik iedere informatie aangaande dit onderwerp van mensen die er meer over weten. Ik ben vast van plan in de toekomst eens met wat wijnboeren mee te lopen en te zien hoe het er echt aan toe gaat.

    groeten,

    Felix

  • Ruud Göebel

    Beste Felix, het is geen direct antwoord, maar ik wil het prikbord toch niet onthouden wat Lars Daniëls MV over Weingut Reinhold Haart heeft geschreven in zijn scriptie, die hem de titel bracht:

    Theo Haart (Weingut Reinhold Haart, Piesport, Mosel) “Terroir pur” in de mooiste Fruchtsüße wijnen van de Mittelmosel Als bijna geen andere welwillende producenten van een dorp in Duitsland, hebben de beste “Steillageproducenten” van Piesport geleden onder de gevolgen van de generaliserende wijnwetgeving van 1971. De wijnen uit de Großlage Piesporter Michelsberg verkochten zó goed, dat Theo Haart pas in 1996 tegen een redelijke prijs genoeg druiven van andere wijnboeren uit het amfitheaterachtige Goldtröpfchen (Erste Lage) kon kopen, om zijn productie op die wijze iets te vergroten. Tot die tijd verdwenen die druiven gewoon in PiMi, zoals Piesporter Michelsberg werd afgekort. En toen moest Haart het publiek ook nog overtuigen, want inmiddels had Piesport een minderwaardig imago gekregen.

    Toch lijkt het alsof Haart daar nooit mee heeft gezeten, ook omdat hij altijd trouwe klanten heeft gehad. Dat komt grotendeels door de echte, elegante Moezelstijl van zijn wijnen –Haart maakt bijna uitsluitend wijnen met restzoet- en zijn overtuiging dat zijn wijnen zo moeten zijn als ze zijn. Angst voor smaakvervlakking of de veranderde stijl van Moezelwijnen heeft hij nauwelijks: “Juist de smaakvervlakking zal mensen doen terugkeren naar originaliteit. Er zullen altijd mensen zijn voor finesserijke, elegante rieslings, met een waaier aan

    Fruchtaromen.”Die originaliteit vindt Haart in de unieke terroir van zijn wijngaarden in het Piesporter Goldtröpfchen en de Wintricher Ohligsberg. De aparte percelen (de oude Einzellagen) binnen het Goldtröpfchen, zoals Domherr, Kreuzwingert (monopole) en Grafenberg, vinifieerd hij deels apart en hij gebruikt daarbij al sinds lange tijd natuurlijke gisten.

    Haart maakt vele indrukwekkende wijnen, zoals de 2005 Piesporter Goldtröpfchen Riesling Auslese Lange Goldkapsel (Versteigerungswein) en zijn zeldzame droge riesling, die gewoon Riesling Piesporter Goldtröpfchen heet. Maar één wijn is té bijzonder om niet te noemen. Toen ik in december 2006 bij hem was, opende hij tot slot een fles 1971 (!) Piesporter Goldtröpfchen Riesling Spätlese. De wijn was prachtig gerijpt, met tonen van caramel en honing, maar nog zó fris en zuiver, ongelooflijk. Om stil van te worden en dat werden we.

    Met dank aan Lars,

    Ruud.

  • Felix Warners

    Beste Ruud,

    Alweer een tijdje terug heb ik de scriptie van Lars Daniels tijdens een vakantie gelezen. Nog steeds kijk ik er wel eens in want het is toch een stuk met een hoop info.

    De wijnen van Haart zou ik zelf nu niet meteen noemen als ik een uiterst elegante moezel wijn zoek. Dit heeft waarschijnlijk meer met de Lage te maken dan met de wijnmaker. De zoon van Theo Haart omschreef de Goldtröpfchen als de Rheingau in de Moezel, voor zo ver je iets kunt met zo'n vergelijking.

    groeten,

    Felix

  • jan2

    Helaas is het werk van Daniels, deels erg, oppervlakkig, maar in de stelling van Haart jr. kan ik mij wel vinden.

  • John Copier

    Felix, leg eens uit. Ik kom al een jaar of 45 in Duitsland en heb mij in die tijd ook nadrukkelijk verdiept in Duitsewijn en alles wat daar mee te maken heeft en dacht alles wel zo'n beetje te weten. Maar ik leer nog altijd bij.

    Nu schrijf jij; “Reinhold Haart is een van de beste wijnboeren in Duitsland. Een van de weinige wijnboeren die niet omstreden is.”

    Draai ik het om dan zijn alle andere wijnboeren, op een paar na, dus omstreden. Waarom en waarmee? Ik moet iets geweldig groots in de afgelopen 45 jaar over het hoofd hebben gezien.

    Niet omstreden is de plek die Reinhold Haart in de Ere-divisie van de wijnboeren inneemt. Dat ben ik met je eens maar met de rest maak je mij nieuwsgierig.

    John

  • Cor Balfoort

    Volgens mij is een bruintint in een auslese uit 2003 geen goed teken, ongeacht de reputatie van de wijnmaker.

    De enorme warmte in het wijnjaar 2003 zorgde ervoor dat wijnstokken appelzuur gingen ‘verbranden’ om zichzelf te koelen. Daardoor hebben heel veel wijnen uit dat jaar een zeer lage zuurgraad, en dat effect wordt nog eens versterkt door het chemische gegeven dat wijnen met een lage zuurgraad veel gemakkelijker door de malolactische gisting gaan. Ik ken uit de Elzas diverse voorbeelden van wijnen die dat tijdens de alcoholische gisting al spontaan deden, en zoiets kan ook heel gemakkelijk in de Moezel gebeurd zijn.

    En ander effect van een zeer lage zuurgraad is dat een wijn snel zijn kleur verliest, c.q. de gouden kleur van een rijkzoete wijn snel bruiner wordt. Maar een 2003 die nu al zo bruin is als beschreven duidt misschien toch op een wijn die geen langeafstandloper zal zijn.

    De geur van zwavel is bij Duitse zoete wijnen tamelijk normaal. Een zoete wijn bevat (veel) restsuiker en dat is uiteraard een potentiële bron van bacteriele ellende. Vandaar dat een zoete wijn veel zwaarder gezwaveld wordt dan een droge.

    J.J. Prumm is iemand die erg veel zwavelt. Dat is in de jeugd van zijn wijnen geen pretje, maar heeft als positief effect dat z´n wijnen erg goed bewaard kunnen worden en soms na decennia nog nauwelijks kleurverandering vertonen.

    De reductieve effecten waar David Schildknecht op doelt zijn het sterkst bij wijnen die ´sur lie´ opgevoed worden. Het opvoedmedium heeft daar volgens mij niet zo heel veel mee te maken, maar het is wel zo dat de meeste wijnen die op de lie opgevoed worden op foeders liggen en niet op stalen tanks.

    Cor

  • Cor Balfoort

    Nog iets vergeten: zo'n kleur kan er ook op wijzen dat de wijn ooit een keer ergens mishandeld is. Te warm gelegen of vervoerd, bijvoorbeeld. Dat zou moeten blijken uit een duidelijk verschil tussen je eigen flessen en die van de importeur, waarvan je mag aannemen dat die goed behandeld zijn.

    Cor