Jan bij die fles levenswater past een mooi gedicht!
De Stoocker stoockt met ghoede zin.
Hij moest en gist het eedel fruit,
Den ketel gaet de vrughtmoes in
En Eau-de-Vie die stroomt er uyt.
Vanaf den vroeghe ochtendstond
Stookct hy so door met groot genie
En proeft verheught met volle mond
De allerschoonste Eau-de-Vie.
So stoockt hy als een vaste rots
Het ooft met groote energie,
Hy stoockt met vlyt, hy stoockt met trots
Hy stoockt de beste Eau-de-Vie.
En als hy dan de ooghen sluyt
Dan droomt hy: ‘Lo, ik ben de slaaf
Van eau-de-vie van volryp fruyt
Van stokers Lubberhuizen-Raaff’.
Natuurlijk is dit fraai's helaas niet van mij, maar van Bas Lubberhuizen zelf!
Ruud.