Iedere liefhebber met een kelder heeft wel een moeilijke wijn, denk ik. Ik hou er wel van, moeilijke wijn. Zo'n wijn die zich niet gemakkelijk geeft. Die altijd verrassend is, soms in het positieve en soms teleurstellend. Die zich goed behandeld wel laat versieren, en dan álles geeft….
Mijn moeilijke wijn is Montlouis uit de Loire, witte wijn van chenin blanc. Wat sowieso al lastig is, is dat de wijn droog, demi-sec en moelleux kan zijn.
Montlouis 1995 Moeulleux
Yves Chidaine, Husseaux, Nederlandse botteling Wim Berger Roermond
Van deze wijn heb ik verschillende jaargangen in de kelder, met 1986 als oudste. Van die 1986 werd iedere fles die ik opende mooier. Gek, hè. Ik koester mijn resterende flesjes 1986. Die chenin blanc kan echt bijzonder ouderen. Deze 1995-er heeft een nauwelijks geevolueerde kleur, hangt vettig in het glas. Mooie neus met peer, hooi en een honingtoets. 1995 is geen meesterlijk jaar. Gewoon goed zou ik zeggen. De smaak verrast met een ongekend hoge zuurgraad. Volstrekt harmonieus. Een ‘moeilijke’ wijn voor wie zoet verwacht, maar o o o wat mooi in balans. Ook wat florale tonen, viooltjes in de neus. Deze wijn geeft zich pas bij heel zorgvuldig uitgekozen combinaties, die de wijn accentueren. Een gepofte appel is zo'n combinatie. Wij drinken de wijn nu met een appelbroodje uit de Trentino Alto Aldige (Recepten van Italiaanse Osteria's, 550 slow food gerechten uit de regionale keuken): een ongelofelijk simpel recept, dat véél smaak krijgt door stukjes vijgen die een dag in de grappa staan. Het taartje is lauwwarm het lekkerst. Deze wijn is daarbij een combinatie die hemels is.